Nieuws

Ons spoor is kwetsbaar en kan het groeiende militaire transport niet aan zonder grote impact op het civiele vervoer. Extra maatregelen zijn daarom nodig, ook vanwege onze NAVO-verplichtingen. Dat blijkt uit een impactanalyse door Christophe van der Maat, voorzitter van het Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving (OFL) en de Weerbaarheidstafel, in opdracht van staatssecretaris Thierry Aartsen (Openbaar Vervoer en Milieu). Er moet fors worden geïnvesteerd om knelpunten in de fysieke infrastructuur op te lossen. Om te beginnen wordt geadviseerd minimaal 600 miljoen euro te investeren in de fysieke infrastructuur en het verbeteren van beveiligingssystemen en bedrijfsprocessen.

Bron Rijksoverheid

Toenemende geopolitieke spanningen en groeiende cyberdreigingen zetten de veiligheid van onze vitale infrastructuur onder druk. Recente incidenten in Europa laten zien dat de dreigingen reëel zijn. Nederland moet snel haar weerbaarheid versterken om maatschappelijke en economische schade te voorkomen. Een sterk, goed verbonden en beschermd spoor is daarbij essentieel. Daarom heeft staatssecretaris Aartsen samen met ProRail het OFL gevraagd een analyse te maken van de kwetsbaarheid van ons spoorsysteem. Het was het eerste onderzoek vanuit de dit jaar opgerichte Weerbaarheidstafel.

In het adviesrapport – ‘Tijd om te handelen’ - concludeert Van der Maat vooral dat het spoorsysteem jarenlang is ingericht op efficiëntie en stiptheid, maar onvoldoende is voorbereid op sabotage en cyberaanvallen. De realiteit van vandaag vraagt om een nieuw uitgangspunt: een spoorsysteem dat niet alleen efficiënt en punctueel is, maar bovenal robuust en weerbaar tegen hybride dreigingen.

Nederland kan ook zijn NAVO-verplichtingen voor militair transport onvoldoende waarmaken. Eén heel brede militaire trein, waarvoor het naastgelegen spoor vrij moet blijven, kan het reguliere verkeer op een bepaald spoor tot wel drie uur stilleggen. Bij meerdere militaire treinen per dag komt het civiele spoorvervoer vrijwel tot stilstand, met grote gevolgen voor economie en samenleving. De huidige capaciteit is te beperkt om de verwachte groei van het militaire vervoer op te vangen.

Nu handelen

Volgens Van der Maat is nu handelen noodzakelijk. Uitstel vergroot onze kwetsbaarheid. Het versterken van de veiligheid en defensie biedt ook de kans om het spoor structureel te versterken. Daarvoor zijn extra investeringen onvermijdelijk. Van der Maat adviseert een startpakket van minimaal € 600 miljoen voor drie typen maatregelen:

  • Verhogen van de beveiliging: beter toegangsbeheer, slimme detectiesystemen, monitoring van digitale systemen en extra anti-drone maatregelen bij kritieke locaties.
  • Versterken van de continuïteit: mobiele noodsystemen voor snelle hervatting van treinverkeer, meer reserveonderdelen, voldoende herstelcapaciteit en draaiboeken voor grootschalige incidenten.
  • Vergroten van de militaire capaciteit: meer rangeerruimte in havengebieden, langere sporen voor treinen van 740 meter, verwijderen van obstakels langs het spoor en efficiëntere grensovergangen.

Sterk spoor essentieel voor veiligheid

Veel maatregelen versterken niet alleen de militaire capaciteiten, maar ook onze maatschappij en economie. Zo snijdt het mes aan twee kanten. Investeringen in langere treinen, meer rangeercapaciteit en een grotere betrouwbaarheid komen ook het reguliere goederen- en personenvervoer ten goede.

Prioriteit voor defensie op het spoor

Aartsen schrijft in zijn brief aan de Kamer dat hij, ondanks de demissionaire status van het kabinet, een groot deel van de aanbevelingen van het OFL direct oppakt, samen met ProRail en vervoerders. Zo wil hij zorgen voor prioriteit voor defensie op het spoor, en dat treinen niet bij de grens blijven stilstaan door papierwerk. Ook gaat zijn ministerie samen met Defensie en ProRail aan de slag met het simuleren van militaire transporten, om zo knelpunten te vinden en te verbeteren. Verder wordt er samen met ProRail een gezamenlijke weerbaarheidsstrategie ontwikkeld, waarmee het spoor weerbarder wordt tegen hybride dreigingen.

Het is aan een volgend kabinet om definitieve keuzes te maken over het startbudget van 600 miljoen euro. Begin volgend jaar wordt de Kamer geïnformeerd over hoe de aanbevelingen zijn opgevolgd.

Nieuws